Interview met Pleuntje Jellema van de KU Leuven
Wat voorafging
‘Beste mevrouw De Cauwer, met veel interesse las ik het artikel over u in het magazine Leven (nvdr: zie voetnoot). Als interieurarchitect en onderzoeker werk ik momenteel aan een project dat we 'Bouwen aan ondersteuning’ noemen. Hoe kan de beleving van mensen getroffen door kanker inzichten bieden voor het ontwerpen van omgevingen voor kankerzorg?’
Dit bericht was het eerste contact met Pleuntje Jellema, onderzoeker binnen de Research[x]Design groep van het Departement Architectuur aan de KU Leuven. Het bericht kwam samen met de vraag of ik – vanuit mijn eigen ervaring en werk – in een volgende fase aan het project zou willen meewerken. Dat hoefde ze mij geen twee keer te vragen!
‘Beste mevrouw De Cauwer, met veel interesse las ik het artikel over u in het magazine Leven (nvdr: zie voetnoot). Als interieurarchitect en onderzoeker werk ik momenteel aan een project dat we 'Bouwen aan ondersteuning’ noemen. Hoe kan de beleving van mensen getroffen door kanker inzichten bieden voor het ontwerpen van omgevingen voor kankerzorg?’
Dit bericht was het eerste contact met Pleuntje Jellema, onderzoeker binnen de Research[x]Design groep van het Departement Architectuur aan de KU Leuven. Het bericht kwam samen met de vraag of ik – vanuit mijn eigen ervaring en werk – in een volgende fase aan het project zou willen meewerken. Dat hoefde ze mij geen twee keer te vragen!
De rollen omgekeerd
Hoewel ik al informatie over het project had ontvangen, was ik benieuwd naar meer achtergrond en de huidige status van het onderzoek. Dus vooraleer Pleuntje mij ging interviewen in het kader van het project, vroeg ik haar om een interview voor dit artikel. En dat kon.
Dus haalde ik de dame in kwestie op aan het station voor een onderzoek naar de onderzoeker. Onderweg bleek al meteen een gezamenlijke interesse voor Afrika. De connectie was gemaakt, over naar de orde van de dag. En daar hoefde ik helemaal niet veel vragen voor te stellen, de antwoorden kwamen als vanzelf.
Hoewel ik al informatie over het project had ontvangen, was ik benieuwd naar meer achtergrond en de huidige status van het onderzoek. Dus vooraleer Pleuntje mij ging interviewen in het kader van het project, vroeg ik haar om een interview voor dit artikel. En dat kon.
Dus haalde ik de dame in kwestie op aan het station voor een onderzoek naar de onderzoeker. Onderweg bleek al meteen een gezamenlijke interesse voor Afrika. De connectie was gemaakt, over naar de orde van de dag. En daar hoefde ik helemaal niet veel vragen voor te stellen, de antwoorden kwamen als vanzelf.
Foto: Annabelle Stampaert - www.annabellestampaert.be | Wie is Pleuntje Jellema? In Amsterdam studeerde Pleuntje “sociale geografie”, dat is een sociale wetenschap die maatschappelijke verschijnselen in heden en verleden bestudeert vanuit een ruimtelijke invalshoek. Zijzelf noemt het ook een reizigerstudie. Op macroschaal bestudeerde ze de interactie tussen mens en omgeving. Er volgde een tussenstop in Canada, Toronto, voor een deeltijdse opleiding “environmental design”. Deze handelde zowel over buiten (landschapsarchitectuur) als binnen, dus het geheel van de omgeving. Na de macroschaal zoomde ze verder in via haar studie interieurarchitectuur aan het toenmalige Sint-Lucas in Gent. Dat deed ze niet zozeer voor het ontwerpen zelf, maar wel om na te gaan hoe wij als gemeenschap worden beïnvloed door architectuur, en dan vooral door die van publieke gebouwen. |
Aan de KU Leuven werkt Pleuntje nu aan een doctoraatsonderzoek in samenwerking met prof. Ann Heylighen en dr. Margo Annemans.. Het project waarbij ze betrokken is, is specifiek gericht op “mensen getroffen door kanker”. Het gaat dus ruimer dan alleen maar de persoon met kanker, en richt zich ook tot de naasten én de professionele zorgverleners.
Wat doet de onderzoeksgroep van professor Ann Heylighen?
De onderzoeksgroep is ontstaan vanuit onderzoek naar inclusief ontwerpen. Men is ruimer gaan kijken, niet alleen de ruimtes maar ook het ontwerpproces zelf. Hoe zijn architecten bezig met de gebruiker? Binnen deze groep is er aandacht voor ongewone gebruikers: mensen met dementie, mensen met autisme, mensen die blind zijn, mensen getroffen door kanker, ... Hoe beleven die gebruikers de ruimte? Houden architecten daar rekening mee? Hoe stimuleren we bij architecten empathie voor de eindgebruikers?
“Architecten denken soms dat ze weten voor wie ze ontwerpen, vaak hebben ze echter geen of weinig persoonlijke ervaring met of nauwe betrokkenheid bij de eindgebruiker”, zegt Pleuntje.
Dus: wat denken architecten dat nodig is? Wat is er effectief nodig? En wat doen ze? Of tegen welke randvoorwaarden lopen ze aan? Hoe kan men de bestaande kennis communiceren naar de architecten toe?
De onderzoeksgroep is ontstaan vanuit onderzoek naar inclusief ontwerpen. Men is ruimer gaan kijken, niet alleen de ruimtes maar ook het ontwerpproces zelf. Hoe zijn architecten bezig met de gebruiker? Binnen deze groep is er aandacht voor ongewone gebruikers: mensen met dementie, mensen met autisme, mensen die blind zijn, mensen getroffen door kanker, ... Hoe beleven die gebruikers de ruimte? Houden architecten daar rekening mee? Hoe stimuleren we bij architecten empathie voor de eindgebruikers?
“Architecten denken soms dat ze weten voor wie ze ontwerpen, vaak hebben ze echter geen of weinig persoonlijke ervaring met of nauwe betrokkenheid bij de eindgebruiker”, zegt Pleuntje.
Dus: wat denken architecten dat nodig is? Wat is er effectief nodig? En wat doen ze? Of tegen welke randvoorwaarden lopen ze aan? Hoe kan men de bestaande kennis communiceren naar de architecten toe?
Wat is nu de specifieke onderzoeksopdracht?
Het project onderzoekt hoe de beleving van mensen getroffen door kanker inzichten kan bieden voor het ontwerp van omgevingen voor kankerzorg. Het onderzoek bestaat uit drie delen.
Pleuntje en haar collega’s willen nagaan wat de rol van architectuur is in de beleving van mensen die getroffen zijn door kanker. In deze fase gaan ze uitzoeken wat deze mensen nodig hebben. Daarbij ligt de focus op consultatie- en behandelruimtes.
Een tweede luik van het onderzoek gaat na hoe architecten die betrokken zijn bij het ontwerp van zorgomgevingen inzicht krijgen in de ruimtelijke beleving en noden van mensen getroffen door kanker.
Daarbij gaat de aandacht naar de rol van zowel de opdrachtgever als de architect. Hoe worden de noden van de gebruikers voorgesteld door de opdrachtgever? In welke mate lopen architecten aan tegen randvoorwaarden waardoor ze hun ontwerpintenties niet kunnen realiseren?
Tot slot wil het team inzicht verschaffen in hoe ontwerpers van omgevingen voor kankerzorg adequaat geïnformeerd kunnen worden over de beleving en de noden van mensen getroffen door kanker.
Daarvoor wil het team alle inzichten samenbrengen, met een ontwerpinterventie als conclusie dat dan aan architecten kan getoond worden. Eventueel met een mockup.
Belangrijk om te vermelden is dat het onderzoek gefinancierd wordt door Fonds Suzanne Duchesne en Kom Op Tegen Kanker (KOTK).
Het project onderzoekt hoe de beleving van mensen getroffen door kanker inzichten kan bieden voor het ontwerp van omgevingen voor kankerzorg. Het onderzoek bestaat uit drie delen.
Pleuntje en haar collega’s willen nagaan wat de rol van architectuur is in de beleving van mensen die getroffen zijn door kanker. In deze fase gaan ze uitzoeken wat deze mensen nodig hebben. Daarbij ligt de focus op consultatie- en behandelruimtes.
Een tweede luik van het onderzoek gaat na hoe architecten die betrokken zijn bij het ontwerp van zorgomgevingen inzicht krijgen in de ruimtelijke beleving en noden van mensen getroffen door kanker.
Daarbij gaat de aandacht naar de rol van zowel de opdrachtgever als de architect. Hoe worden de noden van de gebruikers voorgesteld door de opdrachtgever? In welke mate lopen architecten aan tegen randvoorwaarden waardoor ze hun ontwerpintenties niet kunnen realiseren?
Tot slot wil het team inzicht verschaffen in hoe ontwerpers van omgevingen voor kankerzorg adequaat geïnformeerd kunnen worden over de beleving en de noden van mensen getroffen door kanker.
Daarvoor wil het team alle inzichten samenbrengen, met een ontwerpinterventie als conclusie dat dan aan architecten kan getoond worden. Eventueel met een mockup.
Belangrijk om te vermelden is dat het onderzoek gefinancierd wordt door Fonds Suzanne Duchesne en Kom Op Tegen Kanker (KOTK).
Een mooi voorbeeld: Maggie’s Centres
Pleuntje vertelde over Maggie’s Centres verspreid over het Verenigd Koninkrijk, in Barcelona en zelfs in Tokyo en Hong Kong. Het gaat om inloopcentra - gekoppeld aan ziekenhuizen - voor mensen die geconfronteerd worden met kanker. Op hun website lees je: “Our Centres are here for anyone with any type of cancer and their families and friends, offering the practical, emotional and social support that people with cancer need.”
‘Er is aangetoond dat investeringen in bepaalde architecturale elementen door de gebruikers als healing en positief ervaren worden. Deze organisatie werkte al met bijzondere architecten zoals wijlen Zaha Hadid. Het is een grote opportuniteit, een plek van grote waarde waar geen afspraak nodig is (‘inloop-centra’). Er heerst dus ook geen ziekenhuissfeer. De centra draaien op liefdadigheid.’
Pleuntje vertelde over Maggie’s Centres verspreid over het Verenigd Koninkrijk, in Barcelona en zelfs in Tokyo en Hong Kong. Het gaat om inloopcentra - gekoppeld aan ziekenhuizen - voor mensen die geconfronteerd worden met kanker. Op hun website lees je: “Our Centres are here for anyone with any type of cancer and their families and friends, offering the practical, emotional and social support that people with cancer need.”
‘Er is aangetoond dat investeringen in bepaalde architecturale elementen door de gebruikers als healing en positief ervaren worden. Deze organisatie werkte al met bijzondere architecten zoals wijlen Zaha Hadid. Het is een grote opportuniteit, een plek van grote waarde waar geen afspraak nodig is (‘inloop-centra’). Er heerst dus ook geen ziekenhuissfeer. De centra draaien op liefdadigheid.’
Nood aan creatieve onderzoeksmethodes
Voorafgaand aan het eigenlijke onderzoek, is er een methodologische onderzoeksstap. Hoe krijg je inzicht in het perspectief, de beleving, de ervaring van de betrokkenen? Want waar mensen over spreken, dat zegt nog niet alles. Hoe geraak je voorbij de sociaal wenselijke antwoorden?
Zo ook in ontwerpparticipatieprocessen: hoe gaan mensen daar mee om? Mensen worden meegenomen op een interactieve, dynamische manier om visie en ervaring boven te krijgen.
‘De mensen waarmee ik sprak zaten in een traject van kankerbehandeling. Ziek zijn en daarover praten is sowieso al moeilijk. Op een dergelijk moment aan die mensen vragen om te spreken over architectuur is nog moeilijker.
Vandaar deze alternatieve aanpak. Betrokkenen brengen foto’s mee van wat zij belangrijk vinden. Die foto’s zijn dan het gespreksonderwerp. En al gauw wordt er over meer dan alleen maar de foto’s gepraat.’
Voorafgaand aan het eigenlijke onderzoek, is er een methodologische onderzoeksstap. Hoe krijg je inzicht in het perspectief, de beleving, de ervaring van de betrokkenen? Want waar mensen over spreken, dat zegt nog niet alles. Hoe geraak je voorbij de sociaal wenselijke antwoorden?
Zo ook in ontwerpparticipatieprocessen: hoe gaan mensen daar mee om? Mensen worden meegenomen op een interactieve, dynamische manier om visie en ervaring boven te krijgen.
‘De mensen waarmee ik sprak zaten in een traject van kankerbehandeling. Ziek zijn en daarover praten is sowieso al moeilijk. Op een dergelijk moment aan die mensen vragen om te spreken over architectuur is nog moeilijker.
Vandaar deze alternatieve aanpak. Betrokkenen brengen foto’s mee van wat zij belangrijk vinden. Die foto’s zijn dan het gespreksonderwerp. En al gauw wordt er over meer dan alleen maar de foto’s gepraat.’
In afwachting van de officiële resultaten alvast een paar indrukken
Het gaat erom om als mens – niet alleen als nummer - erkend te worden. Dat komt ook als ‘ideaal’ uit gesprekken die Pleuntje reeds had met mensen getroffen door kanker.
Men ervaart in het ziekenhuis op verschillende momenten, bij consultaties, onderzoeken en behandelingen zeer veel stres. Een plek met een gemoedelijke sfeer en mogelijkheden tot ontmoeting met lotgenoten kan mogelijk ondersteuning bieden.
Pleuntje heeft in het kader van het onderzoek ook biografieën gelezen van mensen getroffen door kanker. Wat moeilijk ligt is de confrontatie met de eindigheid van de tijd, de confrontatie met een ander dagritme, het niet meer werken, nieuwe mobiliteitskwesties, andere afspraken die gemaakt moeten worden met het gezin.
Want het gaat weldegelijk ook om de naasten van de kankerpatiënt. Dat er ook aan de partner gevraagd wordt: ‘En hoe gaat het met ú?’ Vandaar dat er in het huidige onderzoek sprake is van “mensen getroffen door kanker”.
Het gaat erom om als mens – niet alleen als nummer - erkend te worden. Dat komt ook als ‘ideaal’ uit gesprekken die Pleuntje reeds had met mensen getroffen door kanker.
Men ervaart in het ziekenhuis op verschillende momenten, bij consultaties, onderzoeken en behandelingen zeer veel stres. Een plek met een gemoedelijke sfeer en mogelijkheden tot ontmoeting met lotgenoten kan mogelijk ondersteuning bieden.
Pleuntje heeft in het kader van het onderzoek ook biografieën gelezen van mensen getroffen door kanker. Wat moeilijk ligt is de confrontatie met de eindigheid van de tijd, de confrontatie met een ander dagritme, het niet meer werken, nieuwe mobiliteitskwesties, andere afspraken die gemaakt moeten worden met het gezin.
Want het gaat weldegelijk ook om de naasten van de kankerpatiënt. Dat er ook aan de partner gevraagd wordt: ‘En hoe gaat het met ú?’ Vandaar dat er in het huidige onderzoek sprake is van “mensen getroffen door kanker”.
Waar staat het project en wat zijn de volgende stappen?
Het onderzoek loopt nu 1 jaar en heeft er nog 3 te gaan. Momenteel wordt de methodologische onderzoeksstap verder uitgediept, en wordt de pilootstudie afgerond.
‘Voor de volgende stap ga ik op zoek naar nieuwe patiënten, nu mét hun partner/naaste én hun professionele zorgverleners. Geïnteresseerde personen die momenteel in behandeling zijn kunnen contact opnemen met mij via mail ([email protected]).’
Het onderzoek loopt nu 1 jaar en heeft er nog 3 te gaan. Momenteel wordt de methodologische onderzoeksstap verder uitgediept, en wordt de pilootstudie afgerond.
‘Voor de volgende stap ga ik op zoek naar nieuwe patiënten, nu mét hun partner/naaste én hun professionele zorgverleners. Geïnteresseerde personen die momenteel in behandeling zijn kunnen contact opnemen met mij via mail ([email protected]).’
"Geïnteresseerde personen die momenteel in behandeling zijn kunnen contact opnemen ([email protected])"
Nadien volgt de zoektocht naar hoe architecten rekening houden met de doelgroep. Het team wil inzicht krijgen in de realiteit van het ontwerpproces. Wat zijn de obstakels in het besluitvormingsproces? Want het gaat zeker niet alleen om gebrek aan inzicht.
Ik ben alvast benieuwd naar de verdere resultaten van het onderzoek. Die resultaten kunnen dan ingezet worden bij de verdere bewustmaking naar ontwerpers toe.
Wordt vervolgd.
Hartelijke groeten,
Ilse
P.S.1 Het artikel waar Pleuntje naar refereerde “Een andere richting uit na kanker. Ilse De Cauwer werd na haar ziekte zelfstandige” verscheen in Leven, het driemaandelijkse tijdschrift van Kom op tegen Kanker. Je leest het op de website allesoverkanker.be.
P.S.2 Meer info over de Research[x]Design groep vind je hier.
Ik ben alvast benieuwd naar de verdere resultaten van het onderzoek. Die resultaten kunnen dan ingezet worden bij de verdere bewustmaking naar ontwerpers toe.
Wordt vervolgd.
Hartelijke groeten,
Ilse
P.S.1 Het artikel waar Pleuntje naar refereerde “Een andere richting uit na kanker. Ilse De Cauwer werd na haar ziekte zelfstandige” verscheen in Leven, het driemaandelijkse tijdschrift van Kom op tegen Kanker. Je leest het op de website allesoverkanker.be.
P.S.2 Meer info over de Research[x]Design groep vind je hier.